Menu Sluiten

Voor onbepaalde tijd geen grafrechten meer voor Molukse graven in Assen

De gemeenteraad van Assen heeft unaniem besloten dat 180 Molukse KNIL-graven in de provinciehoofdstad een bijzondere status krijgen. Dat houdt in dat nabestaanden voor onbepaalde tijd geen grafrechten meer hoeven te betalen. Eerst zou dat voor dertig jaar zijn, maar het raadsvoorstel heeft daar dus verandering in gebracht.

De publieke tribune zat vol met belangstellenden tijdens de raadsvergadering in Assen

Foto © RTV Drenthe / Esmée Söllner

Al sinds 2020 zijn de betrokken gemeenten in gesprek met een lokale Molukse werkgroep over de KNIL-graven op de begraafplaatsen in Assen en Midden-Drenthe. In Midden-Drenthe staat het voorstel in april op de agenda.

Omdat de gemeente Assen al sinds 2020 in gesprek is, is besloten dat met terugwerkende kracht de bijzondere status vanaf 1 januari 2020 ingaat. Mensen die na 1 januari 2020 aan de grafrechten hebben voldaan, krijgen dat bedrag terug. In totaal gaat het om 55.000 euro.

‘Erkenning, respect en rust’

Bij de raadsvergadering van vanavond zat de tribune vol met belangstellenden voor het agendapunt. ‘Erkenning, respect en rust, daar gaat het volgens mij om”, begon voorzitter Tjerk Medenblik. Burgemeester Marco Out – portefeuillehouder van dit onderwerp – schoof voor de gelegenheid even een plaatsje op.

De werkgroep waarmee de gemeente al sinds 2020 praat, mocht het woord doen voor de raad. “Het is een bijzonder en historisch moment voor de gemeenschap in Assen en Bovensmilde. Na 72 jaar krijgen onze KNIL-vaders en echtgenotes erkenning en waardering die ze verdienen voor de graven op begraafplaats Boskamp”, vertelde een geëmotioneerde meneer Souisa.

“Er zijn nog drie vrouwen over van de eerste generatie en die zullen dit nog meemaken: dat er erkenning komt.” Souisa sloot zijn speech af met het vertrouwen naar de raad uit te spreken. “We hebben hoop dat de raad met dit voorstel instemt. Wij spreken onze dank uit voor dit bijzondere gebaar.”

Eensgezinde raad

De voltallig raad was deze avond eensgezind, daarom nam ook één raadslid het woord: Henk Santing van stadspartij PLOP. “Wij snappen dat deze mensen erkenning willen voor het leed wat hen is aangedaan. Deze status houdt in dat de graven niet worden geruimd en de rechten niet betaald worden. Erkenning en eeuwige rust, dat is wat ze verdienen.”

Wel stelde Santing zichzelf de vraag of dit raadsvoorstel voldoende antwoord gaf op de oproep van de werkgroep. Het originele raadsvoorstel was namelijk dat de grafrechten voor dertig jaar niet overgemaakt hoefden te worden, om daarna in gesprek te gaan over verlenging.

‘Voorstel zonder einddatum’

Maar de raad was het niet eens met het voorstel. “Over dertig jaar staan we een stuk verder van het verleden af. Velen die dan om erkenning van een graf moeten vragen, zijn er niet meer. Die waardige erkenning kunnen wij alleen nu in deze tijd nog geven, want deze kwestie vraagt eeuwige rust. Daarom zouden wij die dertig jaar graag omzetten in een voorstel zonder einddatum.”

Santing sloot zijn bijdrage af met een verzoek aan de gemeente Midden-Drenthe: “Wij hopen dat Midden-Drenthe deze stappen ook volgt.”

‘Bijzonder moment’

Ook Out vond het een bijzonder moment. “Een raad die uit één mond spreekt en duidelijk een verzoek neerlegt. Maar het was natuurlijk mooier geweest als het landelijk in een keer geregeld kon worden. Wel is het mooi om te zien dat de raad unaniem en volledig achter het voorstel staat.”

“Landelijk lukt het ons niet om dit onderwerp onder de aandacht te brengen. U lukt het wel de erkenning en aandacht te geven”, reageerde meneer Matahelumual, woordvoerder van de werkgroep, geëmotioneerd. “We zijn alleen maar dankbaar dat wij nu de emotionele erkenning krijgen die onze ouders hebben gevraagd.”

Besluit Hoogeveen

Hoogeveen besloot eerder deze week dat de graven van 35 eerste generatie KNIL-militairen een bijzondere status krijgen. In die gemeente hoeven de komende dertig jaar geen grafrechten te worden overgemaakt, voor zowel de soldaten als hun partners.

Assen stelt verder een bedrag van 50.000 euro beschikbaar om de oprichting van een Molukse stichting te faciliteren. Het geld gaat gebruikt worden om op begraafplaatsen aandacht te schenken aan het verhaal van de Molukkers in Nederland.

4.500 KNIL-militairen

In 1951 kwamen bijna 4.5000 Molukse KNIL-militairen met hun gezinnen naar Nederland. Dat deden zij niet vrijwillig, het ging namelijk op dienstbevel. De Molukse soldaten hadden gevochten in het Koninklijk Nederlands-Indisch leger. Vanwege hun loyaliteit aan Nederland konden ze na de Indonesische onafhankelijkheid niet langer blijven.

Ze kwamen naar Nederland, maar de integratie verliep moeizaam. Het zou namelijk gaan om een tijdelijk verblijf. Bij veel gezinnen stonden de koffers voor de terugreis naar de Molukken ingepakt. De Nederlandse regering had de militairen en hun families beloofd dat ze ooit terug konden keren naar een eigen Molukse staat, maar dat gebeurde niet. De Molukkers vinden dat er meer erkenning en respect moet zijn voor dit verleden.

Landelijke oplossing

Eerder deze week kwam er uit een ander deel van de gemeenschap een brief naar de gemeenteraad. “Vluchtig bekeken komt het voorstel inlevend en sympathiek over. We twijfelen niet aan de goede intenties waarmee het raadsvoorstel door de beide gemeentebesturen is opgesteld. Na het voorstel aandachtig te hebben gelezen willen we echter onze kanttekeningen plaatsen, die u hier in deze brief aantreft.”

De briefschrijvers vinden dat de oplossing niet bij de lokale politiek ligt, maar landelijk opgelost moet worden. “Aan de komst van de KNIL-militairen naar Nederland in 1951 ligt een politiek besluit ten grondslag van de Nederlandse regering. Wij vinden dan ook dat het gesprek over het treffen van een voorziening van het betalen van de grafrechten van deze oud-militairen en hun partners niet bij de lokale besturen thuishoort, maar door de Nederlandse Staat landelijk, integraal en eenduidig moet worden afgehandeld.”

Zij vinden als dat het geval is, pas dan de Nederlandse Staat het leed van de Molukse gemeenschap erkent. En daarna ook recht kan worden gedaan aan wat de eerste generatie is toegebracht.

‘Ene gemeente wel, andere niet’

De oplossing is volgens de briefschrijvers dat de gemeenten samen optrekken en het Rijk dringend verzoeken de grafrechten landelijk en eenduidig op te lossen. “Ondanks dat het kabinet heeft aangegeven dat grafrechten van de KNIL-graven en hun partners een aangelegenheid is van de begraafplaatsen zelf.” Daarnaast schrijven ze: “Omdat dit onderwerp nu bij de gemeentebesturen ligt, ontstaat een palet aan regelingen en oplossingen. Want straks krijgt de ene gemeente wel iets, wat in de andere gemeente niet betaald wordt.”

Een van de briefschrijvers laat aan RTV Drenthe weten dat ze blij zijn met de uitkomst van de raadsvergadering. “We waren er niet helemaal vanuit gegaan dat ze overstag zouden gaan en de grafrechten voor onbepaalde tijd zouden opschorten. Dat dat nu de uitkomst is, daar zijn we ontzettend blij mee.”